Minister Jetten treft maatregelen om realisatiegraad postcoderoosprojecten te verhogen

Minister Jetten treft maatregelen om realisatiegraad postcoderoosprojecten te verhogen

Category : Informatie

Minister Jetten voert vanaf 2023 een aantal wijzigingen door aan de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE) waarmee de realisatiegraad van de projecten verhoogd moet worden.

Op basis van de ervaringen met de openstelling van de afgelopen 2 jaar, zijn volgens minister Jetten enkele wijzigingen naar voren gekomen die nodig zijn om de SCE-regeling beter te laten aansluiten op de praktijk.

Goede afstemming
‘Het gaat om aanpassingen van enkele eisen, die het zowel energiecoöperaties als Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) gemakkelijker maken om deel te nemen aan de regeling. Dit is nodig omdat het in de SCE vaak vrijwilligers zijn namens de coöperatie of de VvE die de subsidie aanvragen. Ook vraagt realisatie van een project goede afstemming met de eigenaar van bijvoorbeeld het dak, de andere deelnemers in de VvE, of de leden van de coöperatie.’

De minister stelt ook maatregelen te treffen om met name non-realisatie van projecten te verlagen die ontstaat vanwege een ontoereikende dakconstructie of terugtrekking van de dakeigenaar en congestie op het elektriciteitsnet.

Belangrijkste wijzigingen
De belangrijkste wijzigingen die minister Jetten doorvoert zijn:

Termijn ledenlijst
De termijn voor het aanleveren van de ledenlijst voor zowel energiecoöperaties als VvE’s wordt verlengd naar 12 maanden. De termijn voor het aanleveren van het recht van opstal wordt eveneens verlengd naar 12 maanden, omdat het verkrijgen hiervan voor energiecoöperaties qua proces door het leden werven heen loopt, wat niet bevorderlijk is voor het realisatieproces.

Aantal VvE-leden
Het aantal VvE-leden dat deel moet nemen in de postcoderoos wordt verlaagd van 90 naar 75 procent. In de praktijk blijkt dat een aantal VvE’s niet mee kan doen in de regeling, omdat zij net niet kunnen voldoen aan de eis van 90 procent. Bijvoorbeeld omdat een deel van de huiseigenaren twee woningen heeft en elders woont, maar de woning in de VvE verhuurt. Regelmatig woont zo meer dan 10 procent van de leden van de VvE buiten het postcodegebied.

Kleinverbruikaansluiting
Bij SCE-projecten van VvE’s dienen momenteel alle leden een kleinverbruikaansluiting op het elektriciteitsnet te hebben bij het indienen van de aanvraag. Deze eis wordt verlaagd naar 75 procent. Dat percentage waarborgt nog altijd dat de aanvragende VvE hoofdzakelijk bestaat uit bewoners, die de doelgroep van de subsidieregeling vormen, terwijl deelname aan de regeling nu niet onmogelijk gemaakt wordt omdat er enkele ondernemers in hetzelfde pand zitten.

Netaansluiting 50 procent
Een nieuwe eis die ingevoerd wordt voor zonne-energieprojecten is om bij een grootverbruikaansluiting de pv-installatie op maximaal 50 procent van het piekvermogen van de zonnepanelen aan te sluiten op het elektriciteitsnet. Het basisbedrag gaat als gevolg van deze eis voor zonne-energieprojecten met een grootverbruikaansluiting licht omhoog.

Verklaring geschiktheid
Een andere nieuwe eis is dat de aanvragers bij het indienen van een subsidieverzoek een verklaring moeten meesturen waarin zij aangeven dat er een eerste schouw heeft plaatsgevonden van de geschiktheid van het dak of de gevel waarop de zonnepanelen geplaatst moeten worden. Dit hoeft nog geen volledige analyse inclusief berekening te zijn van een erkend constructeur, maar dat mag wel. Het is in de verklaring met name van belang dat er een eerste inschatting is gemaakt van de draagcapaciteit van het dak of de gevel. Tevens heeft de aanvrager de mogelijkheid al in te vullen welke maatregelen eventueel genomen gaan worden om het dak of de gevel geschikt te maken voor de beoogde installatie met zonnepanelen, als dat nog niet het geval is.

Aaneengesloten dak 
De laatste wijziging die Jetten doorvoert, is de wijziging van de uitleg van ‘aaneengesloten dak’. RVO hanteert vanaf 2023 bij beoordeling van de aanvraag de locatiedefinitie ‘pand-ID’, zoals deze geregistreerd staat in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). In de regeling is opgenomen dat de installatie moet zijn geplaatst op een locatie. Tot nu toe gaat RVO voor het bepalen van het begrip locatie specifiek voor zonnepanelen op een dak van een gebouw, ervan uit dat het moet gaan om een ‘aaneengesloten dak’. Per locatie mag maar 1 project gerealiseerd worden, wat ertoe leidt dat op grotere woningblokken met één geheel aaneengesloten dak, maar 1 project gerealiseerd mag worden, terwijl er verschillende adressen of zelfs straten onder dit woningblok vallen. Door de wijziging van de gehanteerde locatiedefinitie wordt het mogelijk op grotere woningblokken meerdere projecten van verschillende coöperaties of VvE’s op hetzelfde dak te realiseren.

Bron: Solar magazine